De zon komt op, gaat onder, enzovoort.
Maandelijks archief: juni 2017
Het ontwerpers-abc: B is Beschränkung
Wist jij dat ‘In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister’ niet de slagzin van het moderne minimalisme is, maar een regel uit een gedicht van Goethe? Dat moest ik even opzoeken, want dat leerden wij er vroeger niet bij met Duits. Het gaat me natuurlijk om het woordje Beschränkung, beperking. Niet als in het hebben van een handicap, maar in de zin van begrenzing.
De oplettende lezer denkt misschien: In het vorige blog werd beweerd dat design over ‘Alles’ gaat, nu gaat het ineens over ‘Beperking’? Dat is toch tegenstrijdig? Want hoe kan de grenzeloosheid van Alles samengaan met Beperking? Fijn, zulke vragen!
(Lees meer…)
Minimalisme en de magie van ontwerp
Kijk, in de wereld van ontwerp kunnen tegenstellingen worden overbrugd, het is net magie. Neem de paperclip, het metaforische duizenddingendoekje in de tenvoorbeeldstelling van goed ontwerp: eenvoudig ontwerp, goedkoop industrieel te vervaardigen, en toch is het in staat de meest complexe informatie overzichtelijk te organiseren. Niet voor niets werden jarenlang alle Apple computers uitgerust met een klein gaatje waarin je met een uitgebogen paperclip de vastgelopen computer kon herstarten als alle andere oplossingen waren uitgeput. Ja, hoe simpeler, hoe briljanter. Tussen twee haakjes: waarom heeft Apple eigenlijk niet de paperclip gekozen als beeldmerk? Wat communiceert een aangevreten stuk fruit nu eigenlijk? Over dit betoogondermijnende je ne sais quoi van toevalsdesign schrijf ik graag een andere keer.
In de wereld van ontwerpen is begrenzing noodzakelijk.
Elk ontwerp kent beperkingen in vraagstelling, onderwerp, strekking, reikwijdte en formaat voordat er überhaupt wordt nagedacht over de beperking in compositie en esthetiek. Wat voor ontwerpen in het algemeen geldt, geldt ook voor grafisch ontwerp, net als voor fotografie, tekstschrijven, enzovoort.
Met de vuistregel „beperk alle informatie tot het meest hoognodige” kom je in het ontwerpen al een heel eind. Michelangelo bromde ook al dat hij precies dat deed: het overbodige verwijderen. Less is more: als je alle overbodige informatie verwijdert, hou je de essentie over. Wie alle toeschrijvingen van dit minimalistische credo aan architect Mies van der Rohe doorstreept, komt vanzelf uit bij de negentiende dichter Robert Browning. Al had de laatste wel véél regels (spoiler: regel 78) nodig om zijn punt te maken.
Bij een goed ontwerp laat je het overbodige achterwege. Een goed ontwerp is echter niet alleen schrappen, maar ook toevoegen. Er wordt een idee bedacht, een ’concept geformuleerd’ dat een antwoord geeft op een vraagstelling of probleem. Met alleen materiaal of informatie verwijderen kom je er niet.
Neem de puntenslijper – vooruit maar, het is óók de B van Bureauaccessoires. Ik heb heel lang gedacht dat het sympathieke, uit een aluminium blokje gefreesde slijpertje tamelijk ultiem minimalistisch was, maar ik blijk in het bezit van een nòg minimaler tooltje: een schuin afgeslepen puntenslijper. En hier zijn Michelangelo, Mies van der Rohe en hun vrienden niet helemaal goed begrepen, mochten wij proefondervindelijk vaststellen. De zijvlakjes zijn zó laag dat duim en wijsvinger te weinig grip hebben om de torsiekrachten van het door de andere hand aangestuurde, ronddraaiende potlood tegengas te geven. Het puntenslijpertje kapseist in de vingers. De besparing op productie- en transportkosten gaat ten koste van de functie.
Een goed ontwerp beperkt wel, maar niet te veel.
Het ontwerpers-abc: A is voor Alles
Lekker makkelijk, zou je zeggen, om de A Alles te noemen. Een beetje Algemeen, ook. Waarom niet de A van Aanspatiëren, van A-formaten, Alfabetisch schrift, Augustijn of Asymmetrie? Omdat dit ontwerpers-abc geen verzameling vaktermen is. We gaan hier niet de Wikipedia van de grafische sector uithangen. Wat dan wel? Het is te vroeg om dat vast te leggen maar als je verder leest heb je kans er zelf achter te komen.
(Lees meer…)
Alles dus.
Als je er een beetje over nadenkt, zie je dat alles wat de mens maakt, is ontworpen. Of het nu gaat om de vuurstenen pijlpunt of de smartphone, er zit een designgedachte achter. En een ontwerpvraag. Hoe maak ik iets dat optimaal bijdraagt aan de oplossing van een gegeven probleem, met gebruik van de beschikbare middelen? Welk probleem los ik op? Waarom?
Om maar even in de prehistorie te beginnen: de evolutie in productontwikkeling van de vuurstenen pijlpunt kent een hoge mate van contextbewustzijn. Materiaalkennis en toenemende ambachtelijke vaardigheid leidden in de loop van de geschiedenis tot een steeds geavanceerder eindresultaat, dat hielp bij de jacht: het verwerven van proteïne als onderdeel van het oermensmenu.
En ook de uitvinding van de smartphone is een schot in de roos gebleken nu het apparaat onmisbaar is in het sociale verkeer en ons mediadieet.
De overeenkomst van het succes van deze twee producten zit hem onder meer in de brede toepasbaarheid – en de relatieve onmisbaarheid binnen de gegeven context – voor eten en sociaal gedrag. Beide zijn oerbehoeften van de mens.
Er zijn weliswaar ook dingen die wij maken zonder na te denken over doelmatigheid en nut. Dat noemen we meestal afval. Kort gezegd, de creaties van de mens bestaan uit designproducten en afval. ‘Haha, er zit overlap tussen die twee’, zeg je. Scherp opgemerkt, kritische lezer, heel scherp!
Voor de helderheid: design en esthetiek zijn niet hetzelfde. Soms bedenken we dingen die niet functioneel maar wel lelijk zijn, of dingen die niet esthetisch zijn maar wel doelmatig. Het komt daarentegen ook voor dat afval esthetische waarden heeft. Dat mag allemaal in de spelregels van design.
Een ontwerpidee verbindt bestaande ideeën met elkaar zodat iets nieuws ontstaat. Maar wat is dan Briljant Design?, vraag je je af. Ja, interessante vraag! Daarover een andere keer.